Het paard als bron voor sociale (en familie-) thema's:
Paardengroep - mensengroep. Therapeut en cliënt(en) kijken samen naar een groep paarden. Er is geen interactie met de mens, maar men praat over wat in de kudde gebeurd(ruzie, lief zijn, spelen, conflicten regelen, zich vies maken, lichamelijk contact, enz.) Het paard en wat het doet vervullen een triggerfunctie om thema's aan te spreken die voor de cliënt belangrijk zijn en te vergelijken tussen de interactie tussen mensen en de interactie tussen verschillende paarden-persoonlijkheden, die in de kudde bepaalde functies vervullen..
Modelinteractie therapeut - paard:
Paard en therapeut zijn met elkaar in contact en met iets bezig. De cliënt kijkt naar beiden, hoe ze met elkaar omgaan.Hij praat met de therapeut over zijn observaties. Het paard presenteert zich als een betrouwbare partner van de therapeut, die met hem samen in harmonie iets doet. Beiden bejegenen elkaar met respect en zijn metplezier met elkaar bezig. Een ervaring, die veel clienten in het leven niet makeen. De relatie heeft een voorbeeldfunctie. Ht kan aan de hand of los in het picadero gewerkt worden, aan de longe, of onder de man. Hierbij kunnen klassieke of zogenaamde alternatieve technieken worden toegepast, zoals werken in het picadero, handwerk volgens Tellington of Westerntechnieken, of klassiek longeren ofloslopen (springen) van het paard.
Het paard als brug naar de therapeut:
Therapeut en cliënt(en) zijn tegelijk met het paard(en) bezig. Het paard bemiddelt in het contact tussen cliënt en therapeut en dient om het ijs te breken. Mogelijke momenten voor deze functie zijn: verzorging, gezamenlijk wandelen en/of grazen, of het gewone stalwerk, maar ook gezamenlijk met het paard contact hebben, kijken wat hij wel of niet leuk vindt, waarop hij reageert, of gezamenlijk longeren of op andere manier met het paard te werken.
Het paard als overgangsobject:
Het paard vervult hierbij een substitutie functie. De cliënt projecteert tijdelijk de personen van wie hij bescherming, steun, of geborgenheid wil of zou willen hebben op het paard. Hij krijgt de kans om lichamelijk contact, gedragen worden, warmte etc. met het paard te beleven in diens hoedanigheid van een op dat moment beschikbaar vervangend objekt. Het is wel de bedoeling om van deze vervangende symbolische beleving een brug te slaan naar de mensen als toekomstige partners. De therapeut bewaakt hierbij het tussen realiteit en fantasie heen en weer bewegen van de cliënt en zorgt ervoor, dat deze symbolische beleving een brug slaat naar de mensen als toekomstige partners.
De cliënt - paard interactie
Onder toezicht van de therapeut communiceren cliënt en paard . De cliënt oefent analoge eenduidige communicatie met het paard en wordt door diens onmiddellijke reacties gecorrigeer maar ook beloond.Het paard is instaat zeer eenduidig op zelfs door de client (nog) niet waargenomen eigen gevoelens en intenties te reageren. Wat er gebeurt kan later weer een thema worden tussen cliënt en therapeut,
Het paard als verlengstuk van de therapeut:
Ook hier gaat het om een plaatsvervangende functie van het paard. In dit geval laat de therapeut een deel van zijn contacten met de cliënt bewust aan het paard over (dragen, lichaamscontact, gedragscorrecties) om overdracht en tegenoverdracht voor een gedeelte aan het paard te delegeren.
De tekeningen zijn ontleend aan een publicatie van de universiteit Berlijn tijdens een congres voor therapeutisch paardrijden en zijn gemaakt door Sabine Hanneder (docente Equitherapie, oplediing Equitherapie SHP)
Copyright HippoCampus: Alle rechten voorbehouden.
Niets van deze website mag worden verveelvoudigd, opgeslagen, of openbaar gemaakt,
zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Hippocampus